Verslag Boekenclub Black Turtleneck, Round Glasses

Op 7 juni kwam de PAF Boekenclub samen om dieper in te gaan op het boek Black Turtleneck, Round Glasses. Expanding Planning Culture Perspectives van Karin Hartmann. Het boek formuleert kritiek op de discriminatie van vrouwen en minderheden in de architectuurpraktijk. Het boek geeft een uitgebreid overzicht van die processen van discriminatie en is opgebouwd uit veel kleine hoofdstukken. Dat biedt lezers de kans om te starten met thema’s die hen het meestof interesseren. En zo deden dat ook de leden van de boekenclub op7 juni. Mensen van diverse generaties en carrières in de architectuurpraktijk deelden hun ervaringen in intieme sfeer. Door de toegankelijkheid van het boek, konden deze persoonlijke ervaringen vlot gelinkt worden aan hoofdstukken in het boek.

Verslag: Erinn De Waele

Initiatierituelen

Hartmann beschrijft in haar boek ‘initiatierituelen’ die architectuurstudenten doorlopen op de opleiding. Zo krijgen ze een bepaald beeld van het beroep.

“Students are intended to become “obedient architecture soldiers”; alongside initiation rituals, the “fifth night shift” and harsh criticism help to train the real architecture personality.”           
– p. 58

Studenten nemen via leren door imitatie bepaalde normen en codes over van hun docenten en medestudenten die gepaard gaan met het beeld van ‘de architect’. Ook in de boekenclub werden er gretig ervaringen uitgewisseld over die codes en normen, zoals de verwachting om ook in je vrije tijd bezig te zijn met architectuur. Zo hoorden meerdere mensen na het bouwverlof wel eens vragen of ze wel architectuurprojecten hebben bezocht. Daarnaast wordt er verwacht van architecten dat ze zelfverzekerd zijn en een welbepaalde taal spreken. Wie in de opleiding kan voldoen aan dit beeld van de architect, maakt meer kans om de ‘ster van de opleiding’ te worden, waardoor veel andere studenten het idee krijgen dat ze niet goed genoeg zijn. Meerderen herkenden zich in een competitieve en snobistische sfeer die aanhoudt na de opleiding. Deze sfeer en het beeld van de architect sluit mensen uit, zegt Hartmann:

“Yet not only do these initation rituals confer the title of architect, and symbolize admission into the profession, they also outwardly exclude people. This is felt especially by those who have not studied architecture, but want to contribute something to the discourse.”
– p. 58

De job is dus niet enkel veeleisend, maar ook het imago en de persoonlijkheid die ermee gepaard gaan. Ondanks de veeleisende opleiding en de bijhorende initiatierituelen, is het de vraag of deze studenten goed voorbereid op de job. “Er zijn weinig studies zoals architectuur die zo hard afwijken van de jobrealiteit,” zegt één van de leden van de boekenclub.  

De constructie van het genie

De opleiding houdt zo vaak het idee in stand van ‘het genie’ in de architectuurwereld. Dit is een sterk raciaal, gegenderd en individualistisch beeld. Dat van een witte man, vaak in het zwart gekleed met zwartomrande bril, die met enkele pennenstreken de meest bijzondere ontwerpen maakt. Dit idee is afkomstig vanuit het modernisme, zoals Hartmann aanhaalt in het boek: 

“Walter Gropius and Le Corbusier presented themselves as stars in the 1920s, a practice that only became systematic in the neoliberal 1980s and 1990s. Architects such as Frank O. Gehry, Richard Meier, Rafael Moneo and Zaha Hadid represent an architecture that was linked with their own name as a brand. The large office structures behind them were only minimaly visible to the outside world.”
-
p.47

Hartmann beschrijft het bekende verhaal van Le Corbusier en Eileen Gray. Nadat Gray verhuisde uit haar bekende ontwerp E-1027, maakte Le Corbusier vijf muurschilderingen op het huis, waarbij hij naakt poseerde op foto’s. Door de muurschilderingen wordt hij vaak onterecht gezien als de ontwerper van het huis. “Zou zijn gedrag ook worden goedgekeurd moest hij dit doen bij een mannelijke collega?” vraagt Hartmann zich af. Ook in de boekenclub wordt Le Corbusier’s kinderachtige, misogyne en obscene gedrag aangekaart. Het (mannelijk) genie wordt nog steeds vaak als iets positiefs afgebeeld. Hij heeft veel ambitie en maakt veel goede ontwerpen. Maar in het verhaal van Gray en Le Corbusier herkent de boekenclub het genie ook als destructief en als een vorm van toxische mannelijkheid. Een lid van de boekenclub herkende dat ook nu nog vaak bureaus waar iemand met sterke ideeën deze doordrukt het meest succesvol lijken, ondanks dat dit vaak destructieve persoonlijkheden zijn. 

Stilaan lijkt het idee van het (mannelijk) genie in de architectuurwereld gedeconstrueerd te worden. Zo is er steeds meer focus op samenwerking. Toch worden vaak nog overwegend de mannelijke genieën van het modernisme aangehaald in de lessen architectuurgeschiedenis. Waar zijn alle vrouwelijke genieën? En waar zijn alle genieën van kleur, en architecten uit niet-Westerse landen? Hartmann haalt het probleem van blinde vlekken in de architectuurgeschiedenis ook veelvuldig aan in het boek. Zo haalt ze in het hoofdstuk ‘White men as an instutition’ het concept van feministisch denker Sarah Ahmed aan:

“White men cite other white men: it is what they have always done.”
- p.47

Ze projecteert dit concept op de grote rol die referenties uit een beperkte canon spelen in de architectuursector. Een geheel van gebouwen en namen die we steeds maar weer reproduceren, en waarin nog maar minimaal nieuwe namen een plek krijgen.

Het ontbreken van intersectionaliteit

Een kritiekpunt dat werd gedeeld in de boekenclub was het feit dat het boek claimt een intersectioneel perspectief te bieden, maar dat niet genoeg doet. Er wordt te veel enkel vanuit de intersectie gender gedacht en te weinig vanuit ras en klasse. Daarnaast voelde het interview met Afaina de Jong op het einde van het boek als een ‘excuus’ om te voldoen aan die intersectionele claim. “Ergens ‘zwarte mensen’ schrijven maakt het nog niet intersectioneel,” zegt een van de aanwezigen.

We bespraken ook hoe het probleem van intersectionaliteit, zoals veel processen van uitsluiting in de sector, beginnen in de opleiding. De opleiding in België heeft vaak nog een Westerse blik op architectuur en veel docenten en studenten hebben culturele, en vaak ook racistische, vooroordelen over architectuur buiten het Westen. Iemand in de boekenclub verwijst naar het boek Architecture without architects, dat tijdens haar studiejaren een van de enige bronnen van niet-Westerse architectuurprojecten was, en dat vaak werd aangehaald als interessante referentie. Het boek gaf een kolonialistische en exotische blik op niet-westerse architectuur, en kaart met zijn titel het probleem aan van een nauwe blik op auteurschap in de architectuur.

Enkele leden van de boekenclub zien dat studenten met migratieroots soms minder worden gerespecteerd om keuzes van smaak of stijl, of zogezegd minderwaardige vaardigheden. Ook zijn er heel wat jongeren die door hun socio-economische achtergrond afvallen of niet kunnen beginnen aan de opleiding, die hoge kosten kent onder meer door de noodzakelijke aankoop van materiaal.

“Zeggen dat we meer onderzoek nodig hebben, daar hebben we niet zoveel aan,” stelt iemand. Het boek toont nog te weinig de complexiteit van intersectionaliteit in de opleiding en in de sector, stelt de boekenclub. Als proces van uitsluiting, is racisme sterk verweven met seksisme in de architectuursector. Er is dus dringend nood aan het dekoloniseren van de architectuuropleiding, waarbij er niet enkel Westerse architectuur en manieren van wonen en leven worden getoond.

Conclusie

Het boek bood een goede aanzet om dieper in te gaan op enkele structurele problemen in de architectuurpraktijk. Het boek helpt om een gesprek te starten met diverse generaties en disciplines in de sector, wat ook gebeurde tijdens de boekenclub. Dit leidde tot veel begrip en verbondenheid met elkaar. Zo hopen we ook op de volgende boekenclubs en gespreksavonden dieper in te gaan op inhoudelijke thema’s en dit tegelijkertijd te koppelen aan onze persoonlijke ervaringen van structurele discriminatie in de sector.


De PAF Boekenclub vond plaats op 7 juni 2023 bij Stadsform in Antwerpen.

Black Turtleneck, Round Glasses. Expanding Planning Culture Perspectives is geschreven door Karin Hartmann. De Duitse architect kwam op 23 mei langs bij PAF om haar boek voor te stellen en een gesprek te starten over enkele thema’s uitin het boek.

Vorige
Vorige

Verslag Zomerdrink en spel ‘Art & My Career’

Volgende
Volgende

Video en verslag gesprek Karin Hartmann op 23 mei