Verslag PAF Boekenclub ‘Making Space’ op 15 maart

Tekst: Tom Schoonjans

Op de eerste PAF boekenclub op 15 maart 2023 lazen we Making Space. Women and the Man-made Environment van het feministische ontwerpcollectief Matrix. De collectie essays is een vroege aanklacht tegen het gebrek aan vrouwelijke vertegenwoordiging in de ontwerppraktijk, en beschrijft heel concreet de impact ervan op de gebouwde ruimte. Met de PAF boekenclub creëren we ruimte om te leren uit de denkoefeningen die ons voorgingen. Automatisch wordt het een meer intieme bezetting dan de andere PAF-avonden. Een tiental, deze eerste keer, waaronder mannen en vrouwen van verschillende leeftijden en uiteenlopende professionele achtergrond. We namen een goede twee uur de tijd om te delen wat ons het meest bijbleef van het boek, en de thema’s of ideeën waar we niet omheen konden verder uit te diepen. Enkele daarvan vonden we de moeite om hieronder te hernemen.

Feminisme vandaag 

Architects who are women, and/or come from a working-class background, have to acquire an outlook similar to that of middle-class males, the dominant group in the architectural profession. This is why we shouldn’t expect buildings designed by women to have any qualities distinct from those designed by men.
— Making Space, p. 11

Anders dan in de jaren 1980 vinden vrouwen vandaag wel degelijk hun weg naar het beroep—ze maken zelfs de meerderheid in de groep pas afgestudeerde architecten. Toch herkennen we ons nog in bovenstaand citaat: meer vrouwelijke representatie betekent niet automatisch een meer vrouwvriendelijke werkomgeving (dan wel gebouwde omgeving). Daarvan getuigt de zogenaamde leaky pipeline.

Eén van de deelnemers aan de boekenclub beschrijft de gebeurtenis die haar bewust maakte van dit proces van ‘assimilatie’: het moederschap. Als jonge architecte vond ze inderdaad makkelijk haar weg naar het beroep, en ondervond ze geen gender-gebonden obstakels. Toen ze moeder werd kwam ze op pijnlijke wijze tot het besef dat dit eerder blijk gaf van een aanpassingsvermogen van jonge vrouwen aan de competitieve werkcultuur dan omgekeerd. In het hoofdstuk Women, architects and feminism beschrijft Jane Dark hoe vrouwen met bepaalde verworvenheden in een mannenwereld niet altijd de weg vrijmaken voor anderen, een herkenbare observatie voor een aantal onder ons: 

Many of the women in the situations described [...] believe that because they have ‘made it’, other women can too… These women in no way challenge the existing distribution of power or means of access to power.
— Making Space, p. 18

De tijd lijkt Matrix’ pleidooi enkel kracht bij te zetten; van representatie op zich hoeven we weinig te verwachten als deze niet gepaard gaat met een groeiend feministisch bewustzijn. Ook de noodzaak voor Matrix van een intersectioneel feminisme (hoewel ze het nog niet met deze woorden benoemen) wordt in de boekenclub onderschreven. Dat weinigen in het beroep zich nog herkennen in de traditionele genderverdeling in het huishouden, suggereert evengoed een blinde vlek voor de rol van klasse en culturele achtergrond. We weten immers uit de cijfers hoe gegenderd de verdeling van zorgtaken nog steeds is.

Door inhoud te geven aan de rol van het feministisch gedachtegoed in hun project, voedt Matrix ook het gesprek over het gebruik van de term ‘feminisme’ binnen PAF. Voor sommigen een evidentie, voor anderen een vaandel in een strijd die grotendeels gestreden is — of althans voor wie het niet duidelijk is waar ze zich precies achter zouden scharen. Ten slotte illustreren ervaringen uit de opleiding misschien nog het best de noodzaak aan meer feministisch bewustzijn. Daar is representatie immers een voldongen feit; al jaren studeren meer vrouwen dan mannen af als architect. Volgens verschillende studenten heeft dit nog niet de noodzakelijke correctie voortgebracht; vooronderstellingen, een mannelijke canon en docentencorps, ongelijke behandeling hebben er nog stevige wortels.


Problematiseren of oplossen?

[Design] guides describe how to make standing at the sink better for the housewife, rather than ask why is she standing at the sink.
— Making Space, p. xxiv

Architecten zijn probleemoplossers. We horen te beantwoorden aan een opdracht, en worden niet geacht de opdracht zelf in vraag te stellen, laat staan de bredere maatschappelijke context die tot de opdracht heeft geleid. 

Zoals Matrix expliciet beschrijft, hebben architecten de neiging om de bestaande sociale orde te bevestigen, en complexe problemen te reduceren tot berekenbare, ‘objectieve’ checklists. In de boekenclub wordt de vergelijking getrokken met checklists die moeten garanderen dat gebouwen ‘toegankelijk’ of ‘duurzaam’ zijn. Ze voegen een laag aan complexiteit (en dus werklast) toe aan het ontwerpproces, zonder het probleem bij de hoorns te vatten: hoe zijn deze fundamentele gebreken het ontwerp binnengeslopen, en begrijpt iedereen ze wel hetzelfde? Dergelijke frustratie lijkt vooral te wijzen op de grenzen van de architect als probleemoplosser. Van sommige problemen lijken we aan de essentie voorbij te gaan wanneer we ze reduceren tot vinkjes in het ontwerpproces. De vraagstelling in het proces meenemen, op scherp stellen en open trekken naar alle betrokkenen kan dan een grotere stap vooruit betekenen dan de ‘oplossing’ van de architect.

We staan lang stil bij de bewuste keuze van Matrix om in Making Space in de eerste plaats te problematiseren:

This book has not been written to provide architects with a do-it-yourself feminist architecture kit. We are not prescribing the solution; we are describing a problem, so as to help women understand their own relationship to the built environment and to help architects understand how the environment is a problem for women.
— Making Space, p. 8

Tegelijk laten ze zich niet verlammen in hun ontwerppraktijk . Ze gaan op zoek naar media om ook niet-ontwerpers te betrekken in het ontwerpproces. In plaats van architectuurplannen tonen ze vereenvoudigde diagrammen, hun maquettes zijn ruw en makkelijk manipuleerbaar. Ze leiden de aandacht af van de objectwaarde van de architectuur en faciliteren het gesprek met opdrachtgevers en gebruikers.

Naar een nieuwe bouwcultuur

People often ask us, ‘If women design buildings, will the buildings be different or better?’ If women collectively organize, design and make buildings that suit their needs rather than having to fit into what exists already (buildings created by a patriarchal culture) then the buildings are bound to look and feel different.
— Making Space, p. 90

De vraag naar een ‘vrouwelijke’ of ‘feministische’ architectuur is in veel gevallen een conversation killer. Vaak wordt de vraag kracht bijgezet door te verwijzen naar de positieve evoluties sinds de jaren 1980. Als je de vraag ontkennend beantwoordt, dan lijk je je eigen pleidooi onderuit te halen. Beantwoord je bevestigend, dan verval je al snel in clichés. 

Matrix ondergraaft de vooronderstelling die aan de basis ligt van de vraag, door niet op het eindproduct maar op het ontwerp- en bouwproces te focussen. In plaats van het gebouw zelf, stellen ze de positie van de ontwerper in vraag. Die laatste raakt ook vandaag nog een gevoelige snaar: op het PAF startevent hoorden we verschillende verhalen van vrouwelijke architecten die op werfvergaderingen minder geloofwaardig worden geacht dan hun mannelijke collega’s. De positie van autoriteit van de architect is er vervlochten met vooronderstellingen over zowel gender als klasse.

Matrix experimenteert met het ontwerpen in collectief, en engageert zich op de bouwplaats zelf, telkens in functie van het ontmantelen van de sociale hiërarchie tussen ontwerper, opdrachtgever en arbeider. De vraag of het gebouw er anders zal uitzien, is simpelweg niet langer aan de orde. Een feministisch bewustzijn — en opnieuw: niet enkel vrouwelijke vertegenwoordiging — leidt in de eerste plaats tot een andere bouwcultuur. 

Uitkijken naar Jos Boys

Tijdens de boekenclub denken we na over wat we nog aan Jos Boys, één van de auteurs van Making Space, willen vragen als we haar te zien krijgen op 30 maart. Je kan de opname van dat evenement hier bekijken.

Vorige
Vorige

Video lezing Jos Boys en gesprek over inclusieve architectuurpraktijk op 30 maart

Volgende
Volgende

Verslag startevent PAF community op 2 maart